Afpersing en diefstal met geweld
De 22-jarige verdachte heeft via een website contact met het slachtoffer gemaakt en de 28-jarige medeverdachte heeft dat contact vervolgens overgenomen. Via WhatsApp chanteerde de 28-jarige man het slachtoffer. Die moest een geldbedrag betalen omdat er anders gevoelige informatie over zijn privéleven bekend zou worden. Vervolgens werd bij het slachtoffer thuis een afspraak gemaakt om het geld te overhandigen.
De 22- en 35-jarige verdachten zijn vervolgens op 5 maart 2024 naar de woning van het slachtoffer in Den Haag gegaan om het geld op te halen, waarbij de 28-jarige medeverdachte in constant telefonisch contact met de 22-jarige man stond. Eerst ging de 22-jarige man naar binnen en later kwam de 35-jarige verdachte daar bij. De 22-jarige man sommeerde het slachtoffer naar de keuken te gaan en droeg hem op om geld over te maken. Intussen liep de andere verdachte de woning rond en doorzocht de kasten en lades. Nadat het slachtoffer twee keer 950 euro overmaakte, zag hij kans om de woning uit te vluchten. De 22-jarige man ging achter hem aan en trok aan het slachtoffer. Het slachtoffer viel en scheurde daarbij zijn pezen van beide knieën af. Vervolgens heeft de 22-jarige verdachte het slachtoffer de woning weer ingesleurd. Op enig moment zijn de twee verdachten de woning uitgegaan met de telefoon met pasjes en autosleutel van de auto het slachtoffer. Het slachtoffer is naar het ziekenhuis vervoerd en de volgende dag geopereerd vanwege afgescheurde pezen. De autosleutel is later in de woning van de 35-jarige verdachte aangetroffen.
Oordeel rechtbank
De rechtbank oordeelt dat de verdachten zich gezamenlijk schuldig hebben gemaakt aan diefstal met geweld. De 22-jarige verdachte wordt verantwoordelijk gehouden voor het zware lichamelijke letsel van het slachtoffer als gevolg daarvan. Ook hebben de drie verdachten zich schuldig gemaakt aan het medeplegen van afpersing. Het 63-jarige slachtoffer is een dag na het voorval geopereerd. Hij had een broze gezondheid en overleed elf dagen later in het ziekenhuis. De rechtbank vindt dat de verdachten een ernstige inbreuk hebben gemaakt op de lichamelijke integriteit en persoonlijke levenssfeer van het slachtoffer. De verdachten hebben zich alleen laten leiden door hun eigen financiële gewin, zonder stil te staan bij de gevolgen voor het slachtoffer.
De rechtbank oordeelt verder dat de 22-jarige verdachte heeft opgetreden als wapenhandelaar. Daarmee heeft hij een bijdrage geleverd aan de verspreiding van verboden vuurwapens, ook al gaat het om onderhandelingen met een enkel persoon. Hij krijgt een celstraf van 30 maanden waarvan 10 maanden voorwaardelijk.
De twee andere verdachte worden veroordeeld tot een celstraf van 24 maanden waarvan 10 maanden voorwaardelijk. Aan alle verdachten worden bijzondere voorwaarden opgelegd. Ook mogen de verdachten onderling geen contact hebben gedurende de proeftijd.