DEN HAAG - De rechtbank Den Haag heeft een 23-jarige man veroordeeld voor de moord op zijn jeugdvriend op 28 augustus 2023 in Den Haag. De verdachte heeft het slachtoffer doodgeschoten om de hoek van diens ouderlijk huis na een conflict over 8.000 euro. Daarna probeerde de verdachte te vluchten naar Turkije. De rechtbank legt hem een celstraf op van 20 jaar.


Schietincident

Verschillende mensen zijn getuige geweest van het incident dat rond 21.20 uur gebeurde. Na het horen van meerdere knallen, zagen twee getuigen een donkere auto hard wegrijden. De politie kwam kort daarna ter plaatse en zag het slachtoffer op de grond liggen met meerdere schotwonden. Het slachtoffer is dezelfde avond in het ziekenhuis overleden. Het bleek te gaan om een 24-jarige man. Hij had vijf schotwonden. De auto is twintig minuten na het incident uitgebrand aangetroffen in Rijswijk.

De betreffende auto bleek via Snappcar te zijn verhuurd aan twee personen. Zij hadden de auto vervolgens gehuurd voor een bekende omdat die naar eigen zeggen op zijn eigen naam geen auto kon huren via Snappcar. Die bekende was de verdachte. Uit onder meer camerabeelden en locatiegegevens van de telefoon van de verdachte, blijkt dat het de verdachte is geweest die de gehuurde auto heeft bestuurd op de dag van de moord. De verdachte werd op 29 augustus 2023 aangehouden in een vliegtuig dat op het punt stond naar Istanbul te vertrekken.

De verdachte heeft verklaard dat het slachtoffer hem een geldbedrag verschuldigd was van 8.000 euro. Hij zou het slachtoffer bitcoins hebben gegeven ter waarde van voornoemd bedrag. Volgens de verdachte was het de bedoeling dat het slachtoffer dat geld contant aan hem zou betalen of in bitcoins zou terugsturen. De verdachte verklaarde dat hij anderhalve week voor het schietincident met het slachtoffer heeft gevochten.

Oordeel rechtbank

De rechtbank oordeelt dat de verdachte zich schuldig heeft gemaakt aan moord. De verdachte heeft zowel het delict als zijn vlucht grondig voorbereid. Daartoe overweegt de rechtbank dat de verdachte al een dag voor het schietincident bezig was met het onder een andere naam huren van de auto, kennelijk om te voorkomen dat hij direct aan het incident zou worden gelinkt.

Op de dag van het schietincident heeft de verdachte in de ochtend verdere voorbereidingen getroffen, waaruit blijkt dat hij voornemens was om te vluchten na het incident: hij heeft de spullen die hij mee wilde nemen naar Turkije in zijn auto geplaatst en is aan het begin van de middag naar de Nederlandse Kluis gereden om zijn Rolex op te halen. De verdachte heeft ook een groot contant geldbedrag bij zich gestoken. Ook blijkt dat hij op de dag van het schietincident in de middag en in de avond, met de auto in de richting van de woning van het slachtoffer is gereden, waarbij hij in de middag meerdere rondjes heeft gereden in de buurt. Er waren aldus vele momenten waarop de verdachte zich had kunnen beraden en had kunnen afzien van zijn voornemen om het slachtoffer van het leven te beroven. Dat heeft hij niet gedaan.

De verdachte heeft het slachtoffer het meest fundamentele recht, namelijk het recht op leven, ontnomen. De ouders en de broers van het slachtoffer heeft hij onbeschrijflijk leed aangedaan. Zij zullen moeten leven met het pijnlijke gemis van een zeer dierbare zoon en broer en zijn door de laffe daad van de verdachte getekend voor het leven. Bij het bepalen van de straf weegt de rechtbank mee dat de verdachte op geen enkel moment daadwerkelijk empathie heeft getoond voor het slachtoffer en zijn familie.

De rechtbank vindt een celstraf van 20 jaar passend. Daarnaast krijgt hij een gedragsbeïnvloedende of vrijheidsbeperkende maatregel opgelegd waardoor hij na de celstraf onder toezicht komt te staan zo lang als nodig is. Ook moet hij de nabestaanden een schadevergoeding betalen van ruim 40.000 euro.