DEN HAAG - Het gerechtshof Den Haag legt een gevangenisstraf voor de duur van dertig jaar op aan een man die werd verdacht van dodelijke schietincidenten in een schoenmakerij in Vlissingen (4 mei 2022) en op een zorgboerderij in Alblasserdam (6 mei 2022). De verdachte wordt veroordeeld voor drie moorden, twee pogingen tot moord, bedreigingen en vuurwapenbezit. Daarnaast legt het hof de maatregel van terbeschikkingstelling (tbs) op.

Ernst van de feiten

De man heeft drie slachtoffers het leven ontnomen, het meest kostbare dat een mens bezit. Door het handelen van de verdachte is aan hun nabestaanden een groot en onherstelbaar leed toegebracht. Dit leed kan op geen enkele wijze worden weggenomen en moeten de nabestaanden de rest van hun leven met zich mee dragen. Twee slachtoffers overleefden de schietpartij, maar ook hun toekomst en die van hun naasten, worden in grote mate beïnvloed door de gebeurtenissen op 6 mei 2022. Daarnaast heeft de man zeer ernstige bedreigingen geuit naar een jonge vrouw en wordt hij veroordeeld voor wapenbezit.

Combinatie gevangenisstraf en tbs

Het hof heeft op grond van bevindingen van gedragsdeskundigen geoordeeld dat deze feiten de verdachte in verminderde mate kunnen worden toegerekend. Het hof legt, anders dan de rechtbank, een tijdelijke gevangenisstraf op. Gelet op de buitengewone ernst en aard van die feiten is dat een gevangenisstraf voor de duur van dertig jaar. Dit is de maximale gevangenisstraf die gecombineerd kan worden met tbs.

Gedragsdeskundigen constateerden dat bij de verdachte sprake is van een forse en complexe persoonlijkheidsproblematiek. Deze problematiek is zodanig ernstig dat een volledige resocialisatie van de verdachte in de toekomst onwaarschijnlijk is. Een tbs-behandeling kan het recidiverisico, zowel acuut als op de lange termijn, aanzienlijk verkleinen en de nodige steunstructuur bieden. Bij deze verdachte kan, volgens de deskundigen, tbs na een langdurige gevangenisstraf nog zinvol en haalbaar zijn.

Schadevergoeding

In het arrest zijn ook beslissingen genomen over 37 vorderingen tot schadevergoeding.

Oordeel rechtbank

De rechtbank Rotterdam veroordeelde de verdachte op 14 juli 2023 voor deze feiten tot een levenslange gevangenisstraf. Tegen die uitspraak hebben de verdachte en het Openbaar Ministerie hoger beroep ingesteld. Zij konden zich niet vinden in de levenslange gevangenisstraf. Het Openbaar Ministerie eiste in hoger beroep een gevangenisstraf van dertig jaar en tbs.