De verdachte reed die middag samen met een vriend langs het koffiehuis in Den Haag. Hij zag daar het slachtoffer op het terras zitten met een gouden ketting om zijn nek. Omdat verdachte naar eigen zeggen geldproblemen had, zette hij iets verderop zijn auto aan de kant. Samen met zijn vriend liepen ze terug.
Op het terras stapte verdachte direct op het slachtoffer af en gaf hem twee schoppen tegen de borst. Hij had een stanleymes bij zich waarvan hij zelf zegt dat hij er niets mee heeft gedaan, maar getuigen verklaren dat hij het mes wel degelijk heeft uitgeschoven en ermee heeft staan zwaaien. Ook had hij een mes in de auto liggen dat door de vriend werd meegenomen. Die heeft daarmee ook daadwerkelijk een omstander die te hulp kwam gestoken.
Pas toen anderen met terrasstoelen boven hun hoofd geheven op de verdachten af kwamen, maakten ze zich uit de voeten. Zonder ketting. Wat ze achterlieten was een terras vol gewonden en compleet overrompelde, angstige mensen.
Snel geld
De aanleiding voor de plotselinge heftige uitbarsting van geweld blijft dubieus. Verdachte heeft in eerste instantie verklaard dat hij het slachtoffer kende en ruzie met hem had. Later trok hij die verklaring weer in en zei dat het om geldproblemen ging. Maar ook die verklaring lijkt verzonnen. Verdachte had genoeg mensen om zich heen die hij om hulp kon vragen, had kort ervoor nog een nieuwe motor gekocht, had veel dure kleding en sieraden. Hij zou klem zijn komen te zitten toen hij een borg moest betalen, maar daarvan was helemaal geen sprake.
"Voor mij blijft één ding over," zei de officier van justitie, "en dat is dat dit voor verdachte kennelijk een makkelijke manier was om snel aan geld te komen. En dat hij het kennelijk geen probleem vond om daar geweld en messen bij te gebruiken en anderen daarbij de stuipen op het lijf te jagen."
"Ik doe niet alsof"
Het Openbaar Ministerie vindt het verder kwalijk dat verdachte niet lijkt te beseffen wat hij heeft gedaan. Bij de rechter-commissaris verklaarde hij dat de officier van justitie net deed alsof hij een grote crimineel is die verdacht wordt van een heel groot strafbaar feit. "Maar ik doe niet alsof," zei de officier van justitie op zitting. "U wórdt ook verdacht van een heel groot strafbaar feit."
De officier van justitie eiste een gevangenisstraf voor de duur van 36 maanden, waarvan 6 voorwaardelijk. Over twee weken doet de rechter uitspraak. De medeverdachte zal op een later moment ook nog voor de rechter moeten komen.