Onderzoek in het pand
Het pand aan de Nieuwehaven in Gouda had een functie als seksinrichting en is in juni 2014 in bezit gekomen van de Nederlandse Staat als gevolg van een strafrechtelijke transactie. In januari 2019 hebben twee mensen het pand gekraakt. De Staat heeft de krakers meerdere keren bevolen het pand te verlaten, maar dat is niet gebeurd. In augustus 2020 heeft de Staat de krakers medegedeeld het pand te willen verkopen. De krakers mochten in het pand verblijven tot het moment dat het bestemmingsplan zou zijn herzien. Ze moesten wel toegang geven voor diverse onderzoeken in het pand. De krakers hebben kort daarna aangegeven het pand te willen kopen. De Staat liet weten dat er geen onderhandse verkoop kon plaatsvinden.
In mei dit jaar heeft de Staat de krakers opnieuw verzocht het pand te verlaten omdat er groot (destructief) asbestonderzoek moet plaatsvinden. Dit is noodzakelijk voor de herstelwerkzaamheden die de Staat voorafgaand aan de verkoop wil uitvoeren. Deze werkzaamheden bestaan onder meer uit het verwijderen van illegale bebouwingen het terugplaatsen van de achtergevel. Omdat de krakers het pand niet willen verlaten, vordert de Staat in dit kort geding de ontruiming van het pand.
Oordeel rechtbank
De voorzieningenrechter oordeelt dat de krakers het pand binnen twee weken moeten verlaten. De Staat heeft aannemelijk gemaakt dat het asbestonderzoek op korte termijn zal worden uitgevoerd en de krakers dan niet meer in het pand kunnen blijven. Het belang van de Staat om over zijn eigendom te beschikken weegt daarmee op dit moment zwaarder dan het belang van de krakers om hun bewoning kosteloos voort te zetten. De krakers mogen niet van de Staat verlangen dat er van de ontruiming wordt afgezien totdat de krakers een volgens hen passende alternatieve woning hebben gevonden. Ze hebben er vanaf het begin af aan rekening mee moeten houden dat zij het pand dienden te ontruimen. Hun wens om het pand aan te kopen maakt dat niet anders.