DEN HAAG/ZOETERMEER - De rechtbank Den Haag verlengt de tbs-maatregel van een 53-jarige man met een jaar. De dwangverpleging wordt voorwaardelijk beëindigd, waarbij de man zich aan verschillende voorwaarden moet houden. De man werd in 2007 door het gerechtshof Den Haag veroordeeld tot 20 jaar cel en tbs met dwangverpleging voor de moord op zijn vrouw en twee dochtertjes in Zoetermeer en het wegvoeren en wegmaken van hun lichamen.


Veroordeling

De man werd in 2006 door de rechtbank Den Haag veroordeeld tot levenslang. Het gerechtshof in Den Haag veroordeelde hem in 2007 in hoger beroep tot 20 jaar cel en terbeschikkingstelling met dwangverpleging. De tbs-maatregel is in augustus 2022 met twee jaar verlengd.

In deze tbs-verlengingszaak vraagt het OM de rechtbank nu om de tbs-maatregel met één jaar te verlengen en de dwangverpleging in stand te houden. De verdediging vraagt de tbs-maatregel met een jaar te verlengen en de dwangverpleging voorwaardelijk te beëindigen.

Verlenging tbs

Deskundigen schatten de kans dat de man in herhaling valt als de tbs-maatregel onmiddellijk wordt beëindigd, laag tot matig in. Zo toont hij aan stabiel te kunnen functioneren, is hij in staat op zichzelf te reflecteren

en heeft hij geen moeite met zelfstandigheid op praktisch gebied. Maar de rechtbank oordeelt dat het risico op herhaling wel betrekking heeft op een potentieel zeer ernstig delict.

Het is nodig voor de veiligheid van anderen en de algemene veiligheid van personen dat de maatregel met één jaar wordt verlengd.

Een verlenging van de maatregel met twee jaar is op dit moment niet aangewezen omdat deskundigen niet kunnen uitsluiten dat over een jaar hun advies zal zijn om de tbs-maatregel onvoorwaardelijk te beëindigen. De rechtbank vindt het op voorhand niet aannemelijk dat de behandeling van de man meer tijd in beslag zal nemen dan de tijd die resteert bij verlenging van de maatregel met een jaar.

Voorwaardelijke beëindiging dwangverpleging

Anders dan het OM heeft gevraagd, beslist de rechtbank dat de dwangverpleging voorwaardelijk kan worden beëindigd. Door intensieve behandeling is de man nu beter in staat om zijn grenzen aan te geven. En door de aanwezigheid van toezicht en begeleiding is er voldoende zicht op zijn sociale contacten. Op praktisch gebied zal er voor de man niets veranderen als de dwangverpleging nu voorwaardelijk wordt beëindigd. Hij zal zich aan dezelfde voorwaarden moeten blijven houden die op dit moment al voor hem gelden. De rechtbank oordeelt dat er ook na de voorwaardelijke beëindiging voldoende waarborgen zijn om de beveiliging van de maatschappij te garanderen.

Als voorwaarden zijn onder andere opgenomen een contactverbod met de nabestaanden en een locatieverbod. De rechtbank ziet geen aanleiding om een locatieverbod op te leggen voor een gebied groter dan 10 kilometer rondom Zoetermeer. De rechtbank kan niet vaststellen dat een ruimer verbod, zoals door de nabestaanden gewenst, noodzakelijk is. Onder de genoemde voorwaarde is de kans op een confrontatie tussen de man en de nabestaanden bijzonder klein.