Geweldsincidenten
Het gaat om onder meer drie samenhangende geweldsincidenten. Het eerste incident was op 22 december 2022 toen in een tram een vechtpartij ontstond waarbij een van de 15-jarige verdachten een jongen in zijn arm stak. Op 27 december 2022 lokte een andere 15-jarige verdachte als wraakactie de 13-jarige verdachte naar een schoolplein. Daar stond hij hem samen met een vriend op te wachten. Kort nadat de 13-jarige arriveerde, renden andere jongens op hem af. De 13-jarige is meerdere malen geschopt en geslagen tegen zijn hoofd en lichaam.
Dezelfde avond wilde de 13-jarige verdachte de jongens terugpakken voor wat ze hem hadden aangedaan. Samen met de 15-jarige verdachte die betrokken was bij het tramincident, zijn ze bewapend met messen naar de supermarkt gegaan waar een aantal jongens van de vechtpartij op het schoolplein waren. In de supermarkt was ook de 17-jarige verdachte aanwezig. De 13-, 15- en 17-jarige verdachte dreven een van de aanwezige jongens in een hoek en vielen hem aan met messen en een fietsketting. Het slachtoffer werd gestoken in zijn rug en been en tegen zijn hoofd en lichaam geslagen met de fietsketting. Het slachtoffer had een levensbedreigende bloeding in zijn rechterlong. Dat het slachtoffer niet is komen te overlijden, is te danken geweest aan het kordate ingrijpen van een supermarktmedewerker.
Oordeel rechtbank
In deze zaak staan twee verdachten (beiden 15 jaar) terecht voor het incident op het schoolplein. De andere drie verdachten (13, 15 en 17 jaar) staan terecht voor het incident in de supermarkt, van wie de 15-jarige ook terechtstaat voor het incident in de tram.
De rechtbank oordeelt dat de twee 15-jarige verdachten zich schuldig hebben gemaakt aan openlijke geweldpleging in vereniging door de 13-jarige verdachte op klaarlichte dag aan te vallen op het schoolplein. Deze gebeurtenis heeft voor grote gevoelens van onveiligheid gezorgd, voor de wijkbewoners en mensen daarbuiten. Daarnaast hebben de twee verdachten zich schuldig gemaakt aan andere strafbare feiten. Zo heeft de ene 15-jarige verdachte na de vechtpartij op het schoolplein de 13-jarige medeverdachte bedreigd via Snapchat en een ruit in diens woning vernield. Hij krijgt jeugddetentie van 72 dagen opgelegd waarvan 30 dagen voorwaardelijk en een taakstraf van 40 uur. De andere 15-jarige heeft op nieuwjaarsdag brand gesticht in een school door een vuurwerkbom naar binnen te gooien. Ook heeft hij vuurwerk richting twee agenten afgestoken, maakte hij zich schuldig aan diefstal van ijs en heeft hij toen hij 12 jaar oud was politicus Geert Wilders bedreigd via sociale media. Hij krijgt jeugddetentie van 160 dagen opgelegd waarvan 90 dagen voorwaardelijk en een leerstraf van 40 uur.
In de zaken tegen de 13-, 15- en 17-jarige verdachten oordeelt de rechtbank dat zij zich schuldig hebben gemaakt aan het medeplegen van poging tot doodslag en openlijke geweldpleging door het slachtoffer in de supermarkt neer te steken. Het slachtoffer liep daarbij levensbedreigende wonden op en had kunnen overlijden. Het slachtoffer zal door de littekens blijvend herinnerd worden aan de afschuwelijke gebeurtenissen. De 13-jarige verdachte krijgt jeugddetentie van 180 dagen opgelegd waarvan 109 dagen voorwaardelijk en een werkstraf van 100 uur. De 17-jarige verdachte krijgt jeugddetentie opgelegd van 180 dagen, waarvan 110 dagen voorwaardelijk, en een taakstraf van 150 uur. De 15-jarige wordt daarnaast veroordeeld voor het toebrengen van zwaar lichamelijk letsel door het in een tram een slachtoffer in zijn arm te steken. Als gevolg daarvan is het gevoel in drie vingers weggevallen. Hij krijgt jeugddetentie opgelegd van 180 dagen, waarvan 110 dagen voorwaardelijk, een werkstraf van 100 uur en een leerstraf van 50 uur. Ook moet hij het slachtoffer van het incident in de tram een schadevergoeding van 10.000 euro betalen.